Getal & Ruimte (12e editie) - havo wiskunde A
'Toenamediagrammen'.
havo wiskunde A | 5.2 Toenamediagrammen | ||||||||||||||||
Toenamediagrammen (7)
|
Opgave 1Zie de grafiek hieronder. 2p a Teken het toenamediagram op het interval \([-0{,}5; 2{,}5]\) met \(\Delta x=0{,}5\text{.}\) Opgave 2Gegeven is het volgende toenamediagram: 1p a Bij welke soort stijgen of dalen past dit toenamediagram? Opgave 3Zie de tabel hieronder.
2p a Teken het toenamediagram op het interval \([-2, 4]\) met \(\Delta x=1\text{.}\) Opgave 4Hieronder zie je vier grafieken en vier toenamediagrammen. Bij elk van de grafieken hoort één van de toenamediagrammen. 3p a Zoek bij iedere grafiek het juiste toenamediagram. Opgave 5Zie het toenamediagram hieronder. 4p a Teken een grafiek die bij het toenamediagram hoort en die door het punt \((10, 200)\) gaat. Opgave 6Gegeven is de formule \(N=0{,}00316t^3-0{,}253t^2+5{,}06t\text{.}\) 2p a Teken het toenamediagram op het interval \([0, 40]\) met \(\Delta t=10\text{.}\) Opgave 7Gegeven is het volgende toenamediagram: 2p a Teken het toenamediagram op het interval \([0, 8]\) met \(\Delta x=2\text{.}\) |
||||||||||||||||
havo wiskunde A | 5.3 Differentiequötiënten | ||||||||||||||||
Toenamediagrammen (1)
|
Opgave 1Gegeven is het volgende toenamediagram: 2p a Bereken het differentiequotiënt op het interval \([-2, 3]\text{.}\) |