Getal & Ruimte (13e editie) - vwo wiskunde B

'Coëfficiënten in lineaire formules'.

2 vwo 3.2 De formule van een lijn opstellen

Coëfficiënten in lineaire formules (1)

opgave 1

Gegeven is de lijn \(l{:}\,y=ax+2\text{.}\)

1p

Is er een waarde van \(a\) waarvoor de lijn door de oorsprong gaat? Zo ja, wat is die waarde?

Oorsprong
00n8 - Coëfficiënten in lineaire formules - gevorderd - eind

De lijn met formule \(y=ax+2\) snijdt voor iedere waarde van \(a\) de \(y\text{-}\)as in het punt \((0, 2)\text{.}\) Er is dus geen enkele waarde van \(a\) waarvoor de lijn door de oorsprong gaat.

1p

3 vwo 1.2 Lineaire formules

Coëfficiënten in lineaire formules (2)

opgave 1

Gegeven is de lijn \(l{:}\,y=2x-7\text{.}\)

2p

Voor welke \(a\) ligt het punt \(A(-4, a)\) op \(l\text{?}\)

GegevenXCoordinaat
00mq - Coëfficiënten in lineaire formules - basis - basis

\(\begin{rcases}y=2x-7 \\ \text{door }A(-4, a)\end{rcases}\begin{matrix}2⋅-4-7=a \\ a=-15\end{matrix}\)

1p

Dus voor \(a=-15\text{.}\)

1p

opgave 2

Gegeven is de lijn \(l{:}\,y=8x+2\text{.}\)

2p

Voor welke \(a\) ligt het punt \(A(a, 74)\) op \(l\text{?}\)

GegevenYCoordinaat
00mr - Coëfficiënten in lineaire formules - basis - basis

\(\begin{rcases}y=8x+2 \\ \text{door }A(a, 74)\end{rcases}\begin{matrix}8⋅a+2=74 \\ 8a=72 \\ a=9\end{matrix}\)

1p

Dus voor \(a=9\text{.}\)

1p

vwo wiskunde B 1.1 Lineaire verbanden

Coëfficiënten in lineaire formules (6)

opgave 1

Gegeven is de lijn \(l{:}\,y=ax-2\text{.}\)

2p

Voor welke \(a\) gaat \(l\) door het punt \(A(-3, -29)\text{?}\)

GegevenPunt (1)
0016 - Coëfficiënten in lineaire formules - basis - eind

\(\begin{rcases}y=ax-2 \\ \text{door }A(-3, -29)\end{rcases}\begin{matrix}a⋅-3-2=-29 \\ -3a=-27 \\ a=9\end{matrix}\)

1p

Dus voor \(a=9\text{.}\)

1p

opgave 2

Gegeven is de lijn \(l{:}\,y=-2x+b\text{.}\)

2p

Voor welke \(b\) gaat \(l\) door het punt \(A(6, -8)\text{?}\)

GegevenPunt (2)
00mp - Coëfficiënten in lineaire formules - basis - midden

\(\begin{rcases}y=-2x+b \\ \text{door }A(6, -8)\end{rcases}\begin{matrix}-2⋅6+b=-8 \\ -12+b=-8 \\ b=4\end{matrix}\)

1p

Dus voor \(b=4\text{.}\)

1p

opgave 3

Gegeven zijn de lijnen \(k{:}\,y=-3x+9\) en \(l{:}\,y=ax+4\text{.}\)

1p

Voor welke \(a\) zijn \(k\) en \(l\) evenwijdig?

Evenwijdig
00ms - Coëfficiënten in lineaire formules - gevorderd - eind

\(k\parallel l\text{,}\) dus \(a=\text{rc}_l=\text{rc}_k=-3\text{.}\)

1p

opgave 4

Gegeven zijn de lijnen \(k{:}\,y=-9x+b\) en \(l{:}\,y=ax-12\text{.}\)

3p

Voor welke \(a\) en \(b\) snijden de lijnen \(k\) en \(l\) elkaar in het punt \(S(2, -6)\text{?}\)

GegevenSnijpunt
00mt - Coëfficiënten in lineaire formules - basis - midden

\(\begin{rcases}y=-9x+b \\ \text{door }S(2, -6)\end{rcases}\begin{matrix}-9⋅2+b=-6 \\ -18+b=-6 \\ b=12\end{matrix}\)

1p

\(\begin{rcases}y=ax-12 \\ \text{door }S(2, -6)\end{rcases}\begin{matrix}a⋅2-12=-6 \\ 2a=6 \\ a=3\end{matrix}\)

1p

Dus voor \(a=3\) en \(b=12\text{.}\)

1p

opgave 5

Gegeven zijn de lijnen \(k{:}\,y=3x-6\) en \(l{:}\,y=ax-16\text{.}\)

3p

Voor welke \(a\) hebben de lijnen \(k\) en \(l\) hetzelfde snijpunt met de \(x\text{-}\)as?

ZelfdeSnijpuntXAs (1)
00mu - Coëfficiënten in lineaire formules - basis - eind

Het snijpunt van de lijn \(k\) met de \(x\text{-}\)as:
\(3x-6=0\)
\(3x=6\)
\(x=2\)
Dus \((2, 0)\text{.}\)

1p

Het snijpunt invullen in \(l\) geeft\(\begin{rcases}y=ax-16 \\ \text{door }(2, 0)\end{rcases}\begin{matrix}a⋅2-16=0 \\ 2a=16 \\ a=8\end{matrix}\)

1p

Dus voor \(a=8\text{.}\)

1p

opgave 6

Gegeven zijn de lijnen \(k{:}\,y=8x-40\) en \(l{:}\,y=7x+b\text{.}\)

3p

Voor welke \(b\) hebben de lijnen \(k\) en \(l\) hetzelfde snijpunt met de \(x\text{-}\)as?

ZelfdeSnijpuntXAs (2)
00mv - Coëfficiënten in lineaire formules - basis - eind

Het snijpunt van de lijn \(k\) met de \(x\text{-}\)as:
\(8x-40=0\)
\(8x=40\)
\(x=5\)
Dus \((5, 0)\text{.}\)

1p

Het snijpunt invullen in \(l\) geeft\(\begin{rcases}y=7x+b \\ \text{door }(5, 0)\end{rcases}\begin{matrix}7⋅5+b=0 \\ b=-35\end{matrix}\)

1p

Dus voor \(b=-35\text{.}\)

1p

"